zondag 15 april 2012

Tse-tse vliegen en ander wild in Tanzania

april 2012


Wat gaan we doen in de paasvakantie? Ik: naar huis en alvast onze thuiskomst in juli voorbereiden. De andere twee: nee, voor de laatste keer nog eens op safari. Dus werd het safari, een afscheidsreisje naar de leeuwen en olifanten van Afrika. Maar waar? In Oeganda hebben we alles wel gezien. Masai mara dan? Nee, liever Serengeti. Of toch Masai mara, of is Serengeti mooier? Waar zijn de meeste dieren? Ze kwamen er niet uit en ik hakte de knoop maar door: Tarangire, Serengeti en Ngorongoro in Tanzania. Geboekt, betaald, tickets gekocht en op 6 april vlogen we naar Kilimanjaro airport bij Arusha. Emanuel haalde ons af met z`n oude Landcruiser en dropte ons in de Planet Lodge. Heerlijk rustig, de hele lodge voor ons alleen. Even naar de kamer om wat op te frissen en dan terug naar de bar. Eeeeeek: 100 lawaaiige Amerikaanse studenten met een verschrikkelijk bazig kreng van een juf! Waar komen die ineens vandaan?
Toch maar wat drinken, daarna dinner, slapen, breakfast en weer Emanuel’s Landcruiser in. Even de stad in om geld te wisselen, vier verse schone 50 euro biljetten omgeruild voor 82 vieze gore 5000 shilling biljetten en op stap naar Tarangire, een rit van een uur of twee. Aardige stad lijkt me, Arusha, schoon, goede wegen, mooie hotels, winkels. Daar zou ik best kunnen wonen.
Tarangire: mooie natuur, veel dieren, maar het mooiste vond ik de gigantische baobabs: de olifanten onder de bomen.
Onze Landcruiser onder een baobab
De dikke en de dunne
Op het eind van de middag door richting Ngorongoro. Prachtige ruime, ruige landschappen, daarbij vergeleken is Oeganda een netjes geharkt stadstuintje. Veel Masai overal langs de weg, de mannen zittend, pratend, lopend, fietsend; de vrouwen en meisjes aan de was in modderige poelen en de jongens koeien en geiten hoedend in de bush. Traditioneel gekleed in hun rood-blauwe doeken, altijd een lange, dunne stok in de hand, kaal geschoren hoofd, een voortand uitgetrokken en grote gaten in hun oorlellen. Regelmatig zagen we groepjes van 2 - 4 Masai jongeren langs de weg lopen, in ‘t zwart gekleed, gezicht zwart geverfd met witte markeringen en zwarte struisvogelveren op het hoofd. Emanuel legde uit dat die jongens net besneden zijn en nu 3 weken alleen in de natuur moeten overleven om te bewijzen dat ze echte mannen zijn. Daarna mogen ze als krijgers terug naar hun dorp. Vroeger moesten ze daar ook met de hand een leeuw voor doden, maar die zijn bijna op en nu hoeft dat niet meer.
We passeerden het dorp van een Masai goeroe, een man die met god kan praten. En iedere Masai die een dealtje wil maken met god komt op bezoek, legt hem de boodschap uit en betaalt voor de bemiddeling in natura met een koe of een paar geiten. En zo is hij zeer rijk geworden, 15000 koeien heeft hij intussen plus 25 vrouwen en 80 kinderen. Omdat hij met god kan praten! Ook de Masai trappen in die truc.
We zagen ook regelmatig volwassen Masai`s langs de weg lopen met kuddes geiten en volgens Emanuel hadden ze die zo`n 80 km terug op een markt gekocht en waren ze er te voet mee op weg naar huis. Petje af! Ook voor de geiten.

De krater!
Overnacht in The Farmhouse en de volgende morgen verder op stap naar de Serengeti. Onderweg rij je een heel end over de rand van de Ngorongorokrater, maar we konden niet naar binnen kijken vanwege dichte mist. Net voor we afbogen richting Olduvai gorge trok de mist een beetje op, zie foto. De Olduvai gorge is de plek waar de voetstappen zijn gevonden van de allereerste mensen. In dit gebied wonen alleen nog Masai met hun koeien en geiten, maar die moeten het gras wel delen met giraffen, buffels, gazelles, gnoes en zebra`s.

Een stuk verder begint de echte Serengeti: oneindige grasvlakten, savannegebieden, bossen, heuvels, valleien, kopjes, en alles bevolkt door zo ongeveer alle dieren van de ark van Noë. Maar je moet wel wat geluk hebben om ze ook te ontmoeten. Behalve de tse-se vliegen dan, die krengen kwamen vanzelf op ons af.
Bij safari`s gaat het vooral om de `Big Five`: de leeuw, de leopard, de olifant, de neushoorn en de buffel, en die hebben we ook allemaal gezien. Ik moet toegeven: die leopard was wel ver weg. Hij lag te slapen op een tak, hoog in een boom en het is dat we zijn poten zagen bungelen, anders had het net zo goed een boodschappentas kunnen zijn. Mijn vierde leopard in 12 jaar Afrika en bezoeken aan minstens 30 safariparken. Geluk moet je hebben: een Indiase familie was voor de eerste keer op safari en moest de leopards bijna van zich afslaan. Eerst viel er door hun open dak heen bijna een op hun schoot, daarna zagen ze er een net voor hun auto de weg oversteken en de volgende dag zagen ze er een een gnoe vangen!

Een van de "Indiase" leopards
Maar wij hebben in de lodge ook de big fifty gezien, een groep Amerikanen met een gemiddelde leeftijd van 70 schat ik en een gemiddeld gewicht van ....? Een gemengd zwart/wit gezelschap was het, meest vrouwen. Als iedereen bediend was en het dinner naar binnen zat te scheppen kwam het keukenpersoneel altijd zingend en trommelend het restaurant binnenlopen en het was leuk om te zien dat de Afrikaanse genen van de zwarte Amerikaanse vrouwen dan ontwaakten en ze spontaan begonnen mee te dansen en te swingen. In tegenstelling tot de witte dames die stil op hun witte achterwerk bleven zitten.


We hebben leeuwen gezien en olifanten, giraffen, hyena's en van alles meer. Op pinguins en ijsberen na hebben we wel zo ongeveer alle wilde dieren van de werled denk, maar het wildste van allemaal waren de vogeltjes die Claudia's lunchbox aanvielen, zie foto.

Hè hè, even uitrusten ...

Roofvogels?

Moet je wat?

Ook veel Indiërs op safari. Claudia zegt dat die altijd net kijken of ze iets vies geroken hebben. Veeleisend kunnen ze ook zijn. Keuze uit acht hoofdgerechten op het menu, maar een heer aan de tafel naast ons wenste toch persé iets anders op zijn bordje. En kreeg nog zijn zin ook.

De mooiste show van de hele week, het hoofdspektakel, was de gnoetrek, de migration van kuddes van duizenden en duizenden gnoes plus een paar meeliftende zebra`s. Zover als je kunt kijken, tot aan de horizon één bruine blatende massa. Allemaal op zoek naar sappig groen gras. Ik heb ergens gelezen dat er 1,2 miljoen gnoes zijn in de Serengeti en de Masai Mara en ik denk dat wij er in drie dagen Serengeti toch minstens 50.000 van gezien hebben. Een indrukwekkend, onvergetelijk schouwspel.


Gnoeoeoeoeoeoeoeoes


Na de Serengeti terug naar de krater. Fris daar: iedereen kreeg `s nachts een warme kruik tussen de lakens gestopt. Toch nog een flinke verkoudheid opgelopen.
Een aards paradijs die krater, alle dieren huppelen er vrolijk en vredig door elkaar. Maar ja, er liggen toch hier en daar botten en schedels op de grond, dus de leeuwen en leopards zullen wel geen vegetariërs zijn en er zal af en toe wel eens bloed vloeien.
Voor het eerst van mijn leven heb ik daar een serval kat gezien, een soort mini leopard. Wandelde zomaar even langs. Emanuel had tevoren gewaarschuwd dat die katten ongeluk brengen, en verdomd: `s ochtends had hij met zijn hand tussen de autodeur bekneld gezeten en was `n stukje van zijn vinger kwijtgeraakt en even later, terwijl we omringd waren door negen leeuwen, kreeg hij de motor niet meer gestart.

Om ze te eren voor hun verdiensten voor de bescherming van het Tanzaniaanse wild staat op de kraterrand een monument voor Bernard Grzimek en zijn zoon Michael die hier in 1959, 25 jaar oud, met zijn vliegtuigje is neergestort. Pa Bernard is in 1987 in Duitsland gecremeerd en zijn as is hier uitgestrooid.


Het Grzimek monument op de kraterrand
Ik heb veel genoten die vijf dagen in de wilde natuur, maar ook veel gevloekt. Op mijn camera. Geen of slecht contact met de lens en daarom zijn veel foto`s onscherp, over- of onderbelicht, zijn slecht van kleur en heel vaak miste ik mooie fotomomenten omdat hij het gewoon niet deed.

Donderdagmiddag terug richting Arusha en onderweg een paar keer gestopt voor souvenirs. Tanzania is de enige plek op aarde waar Tanzanite gevonden wordt, een blauwe edelsteen. Ik hou altijd wel van stenen dus dat leek me wel een toepasselijk souvenir. `Hoeveel kost deze hier bijvoorbeeld?`, vroeg ik aan de Indiase eigenaar van een souvenirwinkel. Hij pakte een rekenmachine, toetste wat getallen in en zei: `deze is 17000 US dollar!!!!`
Het zijn toch maar T-shirts en Masaikraaltjes geworden.

Terug naar de Planet lodge, dit keer echt helemaal alleen voor ons, en de volgende morgen leverde Emanuel ons weer af op Kilimanjaro airport.
En op vrijdag 13 april, precies om 13 uur, landden we weer veilig in Entebbe.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten