Er was eens een land, ver hier vandaan ......., zo moet dit verhaal eigenlijk beginnen, want Nepal is een sprookje. Tempels, paleizen, bergen, meren, schilderachtige landschappen, interessante mensen en ook nog hier en daar de hippiesfeer van de 60-er jaren. Er lopen nog steeds harige types rond met een "far out" blik in de ogen en spiegeltjes en kraaltjes en wierook en hashpijpjes. "Kathmandu" van Cat Stevens zit al een paar dagen in mijn kop en ik krijg het er niet meer uit.
Vanuit Dhaka is het maar een dik uur en we vlogen vóór langs Mount Everest en
een serie andere joekels die daar netjes voor ons op een rijtje stonden, bijna
op onze onze vlieghoogte van 10 kilometer.
Alles heel relaxed op het vliegveld, wat een verschil met de chaos en stress en
mensenmassa's als je in Dhaka aankomt. De hotelauto die ons kwam afhalen moet
de oudste nog levende VW Golf op aarde zijn. En in elk geval de gammelste. Hij
moest aangeduwd worden, alles rammelde, bonkte en schuurde. Tegen alle
natuurwetten in bereikten we er toch ons hotel in Thamel mee. Dat is de
toeristenwijk, een wirwar van straatjes met hotels & restaurants & bars
& massagesalons & winkeltjes met alles wat de Nepali's hun bezoekers
aan proberen te smeren: kleding, tapijten, kunst, antiek, sieraden, souvenirs,
trekkingspullen, T-shirts en nog veel meer. En alles voor een habbekrats. Een
North Face fleecejack waar je in NL minstens 60 euro voor betaalt kost er hier
6.
De volgende ochtend een auto gehuurd en tempels en stupa’s bezocht: eerst de
Pashupatinath, de 2-de heiligste hindu tempel op aarde waar die dag een
festival aan de gang was met tienduizenden biddende en bloemen, rijst en muntjes
rondstrooiende gelovigen. De tempel zelf was verboden voor niet-hindu's, maar
buiten was het ook volop feest. Langs de heilige Bagwamathi rivier werden
lijken verbrand op houtstapels en de overblijvende as werd de plomp ingeveegd
terwijl de gelovigen zich 20 meter verderop baadden en dompelden in het heilige
(maar erg vervuilde) water. Een langharige oranje guru met kraaltjes en bloemen
om zijn nek drukte ons prevelend een rode stip op het voorhoofd (ondertussen
zijn andere hand ophoudend voor bakshish). Indrukwekkend allemaal. Veel foto's
gemaakt. Dat kleine digitale cameraatje is handig, valt ook niet zo op als zo'n
spiegel-reflexkanon. De mensen hebben vaak niet eens in de gaten dat ze geknipt
worden. Tien jaar geleden liep ik rond met een koffer met camera, lenzen,
flitser, filters en nu heb ik een dingetje van nog geen 200 gram in mijn
borstzak.
De volgende halte was de Boudhanath stupa met een heel andere sfeer: ingetogen
en relaxed en overal vriendelijk glimlachende kale boedhistische monniken in
rode gewaden. Sprak mij wat meer aan dan het carnaval van de hindutempel. De
toeristen maken foto's en de locals lopen rondom de stupa en draaien de
gebedsmolens rond. In een apart tempeltje met gebedsmolens van twee meter
doorsnee zaten in een hoekje twee mini-monnikjes, lilliputters van nog geen
meter hoog, te bedelen en waanzinnig te giechelen. Claudia werd bang en rende
weg.
Punt drie op het programma was weer een stupa, de Swayambhunath, de
"monkey temple", boven op een heuvel buiten de stad. Weer tempels en
beelden en klokken en monniken en overal vlooiende, vechtende en schijtende
apen.
![]() |
Straat in Thamel |
![]() |
De Pashupatinath |
![]() |
De Boedanath Stupa |
![]() |
En dan heb ik het nog niet over de mensen gehad. Hindu's en Boedhisten, een mengsel variërend van Indiase tot Tibettaanse types en alles wat daar tussen zit, tientallen verschillende stammen. Op het eerste gezicht hebben de eersten wel wat van de Bengalen weg, maar daardoor valt het des te sterker op dat het vriendelijke, beschaafde mensen zijn met een zelfbewuste blik in de ogen. Een trots volk met karakter, een heel verschil met dat benepen, stiekeme, kleinburgerlijke gedoe in Bangladesh. Zal wel met de religie te maken hebben plus met het feit dat er maar 4 miljoen van wonen in een land zo groot als Bangladesh, waar er 130 miljoen rondkrioelen. Prachtige vrouwen ook, je wordt minstens 25 keer per dag verliefd op die mooie ogen. Al zitten ze een geit te melken of staan ze te dorsen op het veld, hun houding en de blik in de ogen hebben wat nobels.
Ron en Rita zijn een dikke twintig jaar geleden in Nepal geweest en ik kan me van de brieven herinneren dat dat het hoogtepunt van hun Azië-reis was. Voor de rest van de familie kan ik het ook eens aanbevelen. Ik weet niet wat de vlucht kost, maar verblijf is spotgoedkoop: ons redelijk luxueus hotel in Kathmandu kost 22 dollar per nacht met z'n driëen en een maaltijd in een restaurant kost hoogstens 2 - 3 dollar.
Ik schrijf dit op 24/11/03 op het vliegveld terwijl we op onze vertraagde vlucht naar Pokhara zitten te wachten. Een Amerikaanse jongen wacht al 24 uur. Hadden we de bus maar genomen.
Een paar uur verder: we zijn toch aangekomen na een drie uur vertraagde vlucht met 4 personen in een 16-persoons twin otter, de Amerikaan en wij. De vlucht was mooi, met de bergen in de verte en het schilderachtige heuvellandschap dat onder ons doorschoof. Dat ken ik nog van 10 jaar geleden toen ik er te voet doorheen gewandeld ben.
Pokhara had ik me heel anders voorgesteld. Ik verwachtte koud hooggebergte maar het ligt op maar 800 meter en is warmer dan Kathmandu. Voor niks jassen, fleecejacks, mutsen, dassen, wollen sokken en handschoenen aangeschaft. Het liefste zou ik hier een trek van twee - drie weken om de Annapurna heen doen, maar zondag 1/12 moeten we alweer naar huis. Een andere keer. Wie gaat er mee?
25/11: toen ik het gordijn openschoof keek ik de Annapurna en de heilige Machhapuchre (met een schitterende driehoekige top) recht in het gezicht. Een mooi plaatje tussen de palmen en bougainvillea's van de hoteltuin door. De Machhapuchre is heilig en mag niet beklommen worden. Hij lijkt wat op de Matterhorn, maar dan in het groot (7.000 m. hoog).
![]() |
De heilige Machhapuchre |
We gaan straks rustig beginnen met een wandeling van twee uur naar een Stupa
bovenop een heuvel. Als ik die twee luie varkens tenminste uit bed kan krijgen.
's Avonds: terug van de tocht. Aan het begin al direct de waterval gemist die
we hadden moeten tegenkomen en even later compleet verdwaald, maar gered door
een meisje van 14 dat ons vanaf het erf van haar vader's boerderij naar de
stupa leidde, de "tempel of world peace". Een tocht van twee uur
steil bergop door de jungle met een zeurende Claudia. Mooi uitzicht maar de
stupa viel tegen. Een beetje kitschig, pas een paar jaar oud. In een
restaurantje voor 70 cent geluncht en toen aan de andere kant van de berg over
een smal pad omlaag gehobbeld richting meer. Die kant van de heuvel was
bewoond, pittoreske boerderijtjes (als je er langs wandelt tenminste en er zelf
niet in hoeft te wonen) en ergens halverwege een pilsje gedronken in het
"Gurung Highway Hotel" met kamers voor 300 rupees = euro 3.50/dag en
een uitzicht van wel 1000 euro over het meer en de besneeuwde bergen op de
achtergrond. Een Japanner was daar al 3 maanden mediterend op zoek naar zijn
eigen ik. Als ik alleen was zou ik daar ook graag een paar dagen één willen
zijn met de natuur.
De twee dames zijn kapot, ik denk dat ik ze morgen niet meer meekrijg. Niet te
voet tenminste.
's Avonds op bevel van Claudia weer in hetzelfde restaurant gegeten als
gisteren, vanwege de live Nepalese muziek en dans. Het eten is matig, evenals
de muziek, maar Claudia kan haar ogen niet van de dansers afhouden. En ik
stiekem ook niet van de ranke figuurtjes en de engelengezichtjes van de
danseressen. Maar de ster van de show is een soort Michael Jackson met
spleetogen, een supertalent, die jongen verdient een Hollywoodcontract.
![]() |
De Nepalese Michael Jackson |
Voor morgen hebben we een compromis gesloten: we laten ons door een taxi in
Sarangkot afzetten en lopen dan bergaf terug naar huis.
26/11, 17:30: een dag geweest om nooit te vergeten, langzaam vanuit Sarangkot
de berg afgetreuzeld door de jungle, tussen boerderijtjes en terrasveldjes door
en steeds weer adembenemende uitzichten. De steile hellingen zijn met bos
begroeid, maar als het even kan leggen ze terrassen aan en verbouwen er millet
en bouwen mooie okerkleurige boerderijtjes. Steeds meer strodaken worden
vervangen door lelijke golfplaten; de vooruitgang hou je niet tegen. Het pad is
erg steil, ik ben blij dat we alleen maar afdalen. We komen regelmatig groepjes
bontgeklede vrouwen tegen die op slippers en met volle manden op hun rug naar
boven klimmen. Flinke meiden, m'n petje af. Ze zijn erg vriendelijk en lachen,
maar voor een foto willen ze betaald worden en daar heb ik geen zin in.
We hadden pech met de bewolking die weer voor de bergen hing, maar we hebben
een poster gekocht van het uitzicht dat we gemist hebben.
De taxichauffeur die ons naar Sarangkot bracht vertelde dat de Hollanders naar
Nepal komen om te wandelen want daar hebben ze in hun eigen land geen ruimte
voor en het regent er altijd.
![]() |
De weg omlaag naar Pokhara |
Wat heeft God alles toch oneerlijk verdeeld. Wat zouden wij gelukkig zijn met
een paar van hun heuvels, en hadden we maar één van hun tempels. En in Nepal
hebben ze alles. Behalve minimumloon, AOW, WAO, WW, ziekenfonds, goed onderwijs
en nog een paar afkortingen die voor ons vanzelfsprekend zijn en waarvoor de
meeste Nepali's al hun moois graag zouden inleveren denk ik. Vanmiddag hebben
we een half uur op een boerderijtje uitgerust, wat sinaasappels gekocht en met
de boer van pakweg 25 zitten praten. Een paradijsje had hij: een mooie vrouw,
een leuk zoontje, een opa en oma, een koe en een geit op stal, groente en fruit
in de tuin en hennep voor opa en een grandioos uitzicht over het meer. Maar hij
vertrok binnenkort weer voor twee jaar naar Dubai om als autospuiter geld te
verdienen voor de school van zijn zoontje en de kinderen van zijn zus.
Vanuit Sarangkot vliegen ze met paragliders omlaag en voor 75 dollar kun je als
passagier mee. Moet wel mooi zijn maar 75 dollar is afzetterij. Ruby en Claudia
durven trouwens niet.
27/11: weer een prachtige ochtend. Ik zit in de tuin aan het ontbijt. De dames
slapen nog. De bergen zijn weer te zien, maar niet zo mooi als op de poster.
21:00: een tamelijk luie dag gehad, wat souvenirs gekocht, een boottochtje op
het meer gemaakt en met Claudia halverwege omhoog naar de Stupa geklommen om
die lieve hond nog een keer te aaien die we daar eergisteren al waren
tegengekomen. Onderweg werden we ingehaald door twee dragers die met 50 kg
kunstmest op hun rug onderweg waren naar boven! Schriele mannetjes, maar
topsporters!
En 's avonds weer naar de dansvoorstelling geweest. Heb ik hier nog wat te
vertellen?
![]() |
De lieve hond |
October-november is het hoogtepunt van het toeristenseizoen, maar de hotels,
restaurants, trekkingbureaus en de rest van de toeristenindustrie doen slechte
zaken. Vanwege de berichten over de oorlog zijn veel mensen weggebleven. Ten
onrechte, in de steden merk je niks van de rebellen en op trekkings vragen ze
je hoogstens beleefd om een bijdrage van 10 dollar. Het enige wat je in de
steden van de oorlog merkt zijn de legerpatrouilles op straat en de zandzakken
+ mitrailleurs voor alle openbare gebouwen.
28/11: weer een fantastische dag. Onbewolkt, perfecte temperatuur, heerlijke
zuivere lucht met af en toe een vleugje bloemengeur. Vandaag gaan we fietsen
huren en een stuk langs het meer fietsen.
![]() |
Het meer. Pokhara aan de overkant |
Ruby was na twee minuten al uitgefietst wegens zwabberbenen. Ik ben met Claudia
achterop doorgereden, langs het meer op. Een paar kilometer nog asfaltweg en
daarna hobbelen en stoten op een stoffige keienweg. We zijn doorgehobbeld tot
onze konten teveel pijn gingen doen en hebben toen in het "Maya Devi
Village" geluncht en een tijd met een Belgische zitten praten. Zij was
eigenlijk op doorreis naar Tibet, maar vond Nepal zó prachtig (en Tibet zó
duur) dat ze er al drie maanden was blijven hangen. Kan er makkelijk af, de
"village" is een paradijsje, door een Fransman gebouwd en ge-rund,
met mooie ronde, okerkleurige bungalows in een bloementuin direct aan het meer
en de duurste lodge met badkamer kost 250 rupees = nog geen 3 euro per nacht.
![]() |
Bungalow in Maya Devi Village |
's Avonds alweer naar dezelfde dansvoorstelling waar we inmiddels VIP-gasten
zijn.
Als je een wat simpeler hotel neemt dan wij en niet de hele dag T-shirts en
petten en truien en sierraden en souvenirs koopt en boten huurt, dan kun je
hier heel luxe leven van 10 dollar/euro per dag.
29/11: in afwachting van onze vlucht naar Kathmandu nog even aan het meer
gezeten en aan de praat geraakt met een jongen die tussen twee culturen bekneld
was geraakt. Arme ouders en via USAID financieel geadopteerd door een
Amerikaanse vrouw. Daardoor kunnen studeren en het niveau van zijn ouders
ontgroeid. Hij was nu onderwijzer en was onlangs zonder zijn medeweten
uitgehuwelijkt, maar weigerde met zijn vrouw samen te wonen want hij wilde zijn
leven in dienst stellen van de wetenschap. In december gaat hij zijn peetmoeder
in de USA (Pensylvania) opzoeken en hij hoopt daar te kunnen blijven en verder
te studeren. Hij was er tijdens zijn studie ook achtergekomen dat wetenschap en
religie niet met elkaar in overeenstemming te brengen zijn en was atheïst
geworden. Dan plaats je jezelf helemaal buiten de gemeenschap in dit gedeelte
van de wereld, ik hoop dat het hem lukt om in de USA te blijven.
30/11: bij aankomst in Thamel waren wegens een feest de straten afgezet en kon
de taxi niet bij het hotel komen. Ik heb een heel end kunnen sjouwen met onze
koffer die intussen loodzwaar is van alle prullen die we ons hebben
aangeschaft. We zitten in het Tibet Guesthouse dit keer, veel beter en goedkoper
dan het eerste hotel. Het straatfeest was ongeveer afgelopen toen wij
aankwamen. Het enige wat wij er nog van meegekregen hebben was de herrie op
straat: keiharde techno muziek en honderden jongeren, westerlingen en Nepalezen
die er op stonden te dansen of stil stonden te genieten. Ik word nu echt oud.
Heeft deze monotone computerherrie nog iets te maken met muziek? Met kunst? Met
creëren? Cultuur? Met het uitdrukken van je gevoelens in geluiden en teksten?
Als dit is wat de jeud tegenwoordig voelt dan houd ik mijn hart vast voor onze
beschaving.
Als je met iemand een praatje wilt maken is een hond of een kind het beste
contactmiddel. Gegarandeerd dat er wel iemand je hond aait of je kind
aanspreekt. Gisteren op het vliegveld eerst vier Groningse vrienden, sportieve
types die een trekking van drie weken hadden gemaakt en even later een
Oostenrijkse die alleen op vakantie was en zich eenzaam voelde. 's Avonds
hebben we met haar gegeten en ze heeft haar hele hart uitgestort. Aanhankelijk
type, vandaag wil ze met ons mee naar Patan.
Een oude vrijster van 52 jaar (ik schatte haar 40-45), fysiotherapeute, net
haar praktijk verkocht, geld zat en alleen over de wereld aan het reizen. Ging
over een paar dagen toch even terug naar huis omdat ze haar hond en kat zo miste.
We zijn uitgenodigd in Salzburg.
30 November, onze laatste volle dag, hebben we eerst een Tibettaanse Thanka
gekocht, zo'n met een heel fijn penseeltje geschilderde religieuze
voorstellling, ingeraamd in een brokaatdoek. Daarna in een riksja op zoek
geweest naar een kleermaker en verdwaald in het eeuwenoude gedeelte van de
stad. De kleermaker hebben we niet gevonden, maar wel een doolhof van nauwe
straatjes met prachtige half vervallen middeleeuwse huizen en om de zoveel
meter een tempel, stupa of een beeld van een of andere god.
's Middags naar Patan geweest, een oud stadje ten zuiden van Kathmandu, met een
nog veel mooiere Durbar Square. Daar hebben we eindelijk onze Budha gekocht en
de Tibettaanse tempelgongen die ik al jaren wil hebben.
En als laatste een Tibettaans vluchtelingenkamp bezocht en gekeken hoe de
vrouwen daar yakwol spinnen, doeken weven en tapijten knopen. En nadat die
vrouwen je zo vriendelijk rond hebben geleid en alles hebben laten zien beland
je tenslotte in de showroom en kom je er met goed fatsoen niet onderuit om ook
wat te kopen: twee mooie tapijtjes, onze duurste investering deze reis, $106 en
$37. Maar wel van yakwol, oerdegelijke kwaliteit, die dingen verslijt ik in
mijn leven niet meer. En Claudia misschien ook wel niet.
1/12, 21:30. En nu zit ik weer in Dhaka achter de computer en moet morgen weer
aan het werk.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten