zaterdag 13 februari 2010

Beira 1998 - brief aan Rosalyn

Om te beginnen gelukgewenst met je nieuwe job als native speaker: well done, laat eens horen hoe dat gaat. Maar als je die studenten zich “at ease” moet laten voelen met conversatie in de Engelse taal, moet je ze niet bang maken met hel en hemel en geesten en spoken en zo he?, ze zijn nog zo jong.

En dan zijn we meteen al bij jouw belofte tot een “profound conversation when we finally get home”, daar maak je een denkfoutje. Jij, als lievelingetje van god himself, krijgt natuurlijk een van de beste plekjes in de hemel, jij krijgt een gouden harpje met robijntjes en mag elke dag met de andere engeltjes helemaal vooraan in de kerk zitten. Maar ik …… als heiden die bijna alles gedaan heeft wat god verboden heeft, kom natuurlijk diep in de hel. En mag jij dan wel die kerk uit met je harpje, en zijn er wel bezoekregelingen in de hel voor heilige boontjes uit de hemel? En zo ja, vind je het dan niet erg dat je vleugeltjes een beetje schroeien en dat er roet- en zwavelvlekken op je jurkje komen?

Ik heb een CD van Frank Zappa opstaan. Die zit vast en zeker ook in de hel en als jij gelijk hebt kan ik daar straks dus elke dag in de bar een borrel mee drinken en profound conversations hebben over sex & drugs & rock and roll. En misschien geeft hij wel concerten, dan zal ik je uitnodigen.

Ik ben net begonnen aan “A brief history of time” van Stephen Hawking. Een briljante geleerde uit Engeland. Gek hè?, “Briljant” en “Engeland” zijn de laatste decennia begrippen die je zelden in één adem hoort noemen, bijna een contradictio in terminis. Moet je ook eens lezen. Hoe meer je begrijpt hoe ons heelal in elkaar zit, hoe minder plaats er is voor een rol van God. Als hij al bestaat, dan hebben de astronomen en fysici hem intussen wel heel ver weg gejaagd en verschuilt hij zich misschien ergens 60 quadriljoen lichtjaren hier vandaan op een minuscuul planeetje in een afgelegen uithoek van galaxy UZ-653.

Je haar geverfd? welke kleur heeft het nu? Ik heb nog wel eens nachtmerries van mijn vroegere schoonmoeder, die verfde het altijd lichtpaars. Het mijne wordt ook steeds grijzer, maar ik zal het nooit verven. Ik heb hier een Belgische collega van pakweg 55 die zijn haar pikzwart verft. Geen gezicht. Mannen mogen gerust grijs en dik en lelijk zijn, maar voor vrouwen ligt dat natuurlijk anders, die moeten er altijd jong en fris en dynamisch uitzien om de mannen te behagen, anders tellen ze niet meer mee.

Er werd onlangs door een ambtenaar van de immigratiedienst een formulier ingevuld voor mijn verblijfsvergunning en hij moest o.a. mijn haarkleur weten. Dat vind ik langzamerhand met dat grijs erbij een beetje moeilijk te definiëren dus ik zeg “kijk zelf maar” en steek mijn kop naar hem toe en weet je wat die gek invult: brancos castanhos, wit bruin.

We hebben weer de gebruikelijke problemen met de empregada’s (servants). De eerste stonk, was brutaal en stal en kreeg dus een schop onder de kont. De tweede had net een baby en moest die uiteraard meenemen hier naar toe om hem te voeden. Maar die baby was steeds ziek en huilde de hele dag of was te ziek om te huilen en vanwege dat geblèr maar vooral vanwege het gevaar voor onze eigen baby hebben we die ook maar verzocht weg te blijven. De derde was lief en aardig maar kon niet koken. De vierde was niet lief, niet aardig en kon al helemaal niet koken en nu geven we het op en hebben besloten die lieve en aardige maar weer terug te vragen en voortaan zelf maar te koken.
Die zee en die dagelijkse romantische strolls bij ondergaande zon, dat begint na twee maanden heel gewoon te worden en ik zou nou ondertussen wel weer eens een berg willen zien. Dus binnenkort gaan we eens een lang weekend naar Mutare. Dat ligt in Zimbabwe, drie à vier uur rijden hier vandaan, daar hebben ze bergen en daar moet het heel mooi zijn.
Ken je Frank Zappa? Die in de sixties en seventies de burgerlijke Amerikaanse maatschappij altijd zo leuk kon provoceren (I am the slime oozing out from your TV set) en songs schreef over de dagelijkse dingen van het leven, over dingen die de gewone mensen aanspraken. “Stink foot” bv over zweetvoeten of “Why does it hurt when I pee?” over geslachtsziekte met poëtische pareltjes als “I got it from the toilet seat, it jumped right up and grabbed my meat”.
Wees niet bang, ik heb hier in donker Afrika mijn gevoel voor goede smaak nog niet helemaal verloren. Maar Frank Zappa was zó’n muzikaal en litterair genie dat die platte teksten een andere dimensie kregen zodat het ook voor mensen met een goede smaak ethisch en esthetisch verantwoord was om er naar te luisteren en er van te genieten. Van fijnbesnaarde teksten als: “she was a fine girl, she do your laundry, change your tyre, chop a little wood for the fire” en “she’ll do the dishes, if you wishes (dichterlijke vrijheid), silverware too, make it look brand new, when she gets through” en op het einde van de song: “didn’t need any school, she was built like a mule, there was no job she couldn’t handle” enz. Ware poëzie. De vrouw hoort in de keuken. Bedoeld om de hysterische vrouwenbeweging van de zeventiger jaren te provoceren (hoop ik, of zou hij echt vrouwen minderwaardige schepsels vinden?)

En de laatste decennia werd hij steeds meer een serieuze muzikant die prachtige muziek maakte en daar nog steeds een flinke portie humor bij deed. Hij is de enige muzikant die ik ken die vanaf het midden van de zestiger jaren tot zijn dood (prostaatkanker) een paar jaar geleden op een hoog niveau creatief bleef en alleen al daarom was hij mijn idool.

Dan nu het verhaal van de visgraat in mijn keel waardoor ik op een afstand van tienduizend kilometer bijna het 389-ste slachtoffer van de orkaan “Georges” was geworden. We hebben een vriend hier op het kamp, John Clark, een Amerikaan die op een van de Keys ten zuiden van Miami woont. Zijn vrouw was alleen thuis en hun huis ligt precies op het pad van de hurricane. Je weet hoe hulpeloos en onzelfstandig vrouwen zijn, dus zij belde om het kwartier om hem om raad te vragen. Maar toen het echt losbrak, verbrak de telefoonverbinding en zat hij in onzekerheid en angst over wat er allemaal zou kunnen gebeuren met zijn vrouw en hun huis. En inderdaad, toen vrijdagavond (onze tijd) het ergste overgetrokken was, belde ze hem via een cellular phone dat hun dak verwoest was, dat er een meter water in het huis stond en dat er een grote boot in de tuin lag. Ze was in paniek en om haar een beetje op haar gemak te stellen beloofde hij meteen naar huis te komen.

John is een erg vitale kerel van 71, maar hij is hier nog niet zo lang en spreekt geen Portugees en zo, dus hij belde mij om hulp bij het zoeken van de snelste manier om weg te komen. Ik zat net te eten toen hij belde, spaghetti met vis, een lekker stuk peixe pedra en dat schrokte ik naar binnen en ging. Het was vrijdagavond 8 uur, sowieso al geen gunstige tijd, maar nu was het ook nog eens een nationale feestdag, dus we zaten midden in een lang weekend. Geen hond te bereiken op het vliegveld van Beira of in de reisbureaus. Vrienden en kennissen die ons zouden kunnen helpen waren allemaal weg vanwege het lange weekend, maar tenslotte hebben we via het vliegveld van Harare voor de volgende middag een vlucht kunnen boeken en ik denk dat hij op dit moment al wel in Miami zit. Dan begint echter waarschijnlijk het moeilijkste stuk pas, 140 miles naar zijn eilandje toe.
Intussen was er bij mij door dat schrokken een visgraat vast gaan zitten in mijn keel, die steeds meer pijn ging doen en mijn keel begon op te zwellen. Een jaar of twintig geleden is op die manier eens de directeur van een bedrijf waar ik toen werkte gestikt en ik maakte al voorzichtig plannen om naar het ziekenhuis te gaan. Nou is dat ziekenhuis hier een onbeschrijflijk abattoir. Als je die toestanden daar ziet dan kun je je niet voorstellen dat daar ooit nog iemand levend uitkomt, dus ik was aan het overleggen waar ik de voorkeur aan zou geven: vredig in mijn eigen huis sterven of doodgemarteld worden in het Hospital Geral.

Toen John’s ticket eenmaal geregeld was ging ik weer naar huis en terwijl ik aan het denken was wat te doen begon ik intussen rijst te slikken. Dat deed pijn maar het schijnt een goede methode te zijn om vastzittende visgraten los te krijgen. En inderdaad, na een pondje droge rijst zonder kauwen ingeslikt te hebben kwam het ding eindelijk los en was ik gered. Ik voel hem nu in mijn maag zitten. Zal de maagwand wel geperforeerd hebben en ik zal inwendig nu wel langzaam aan het doodbloeden zijn.

Wij wilden John en Catie volgend jaar juni gaan opzoeken in Florida, maar we moeten maar even afwachten of dat nu nog door kan gaan.

Vorig jaar hebben wij in Bangladesh een keer in angstige spanning op een orkaan zitten wachten, radio en TV zonden continu 24u/dag waarschuwingen uit en iedereen haalde alles wat los zat binnen en bond wat niet naar binnen kon goed vast, maar toen hij eenmaal land raakte, ging hij als een nachtkaars uit. Nog geen zuchtje wind hebben we gevoeld. Aan zee wel flinke verwoesting en wat doden, maar wij in Bhuapur: nada.

We zijn onlangs in het Matopos park geweest, ten zuiden van Bulawayo Zimbabwe. Dat park staat vol met fantastische rotsformaties, balancing rocks, door een reus op elkaar gestapelde grote afgeronde brokken graniet. Het ziet er uit of het elk moment uit elkaar zal vallen, maar ze staan daar al miljoenen jaren. En dan heb je nog veel grotten met schitterende grottekeningen, lang geleden gemaakt door bosjesmannen die in dat gebied gewoond hebben en er door de huidige bewoners uitgegooid zijn. En om het genot van de bezoeker helemaal compleet te maken huppelen daar tussen al dat moois door dan nog hier en daar wat kudde's impala's, kudu's en neushoorns en dat soort gespuis.

Wij hadden daar eerst een huisje op de top van een granietheuvel gehuurd met een mooi uitzicht en met tientallen van die rotsen als pepernoten daar rond om het huis heen gestrooid. Het huisje was tegen zo'n blok aangebouwd zodat we een granieten wand in de badkamer hadden. Er was wel een hout gestookte warm water voorziening maar geen stroom en dat was toch een beetje inconvenient ivm met de hapjes en flesjes voor de baby en daarom hebben we wat gerieflijkers gezocht, een lodge op een farm.

En verder gebeurt hier niet zo veel. Het strand en de TV zijn de enige afleiding. We zitten hier nu 8 maanden, maar eerlijk gezegd heb ik het al wel een beetje gezien. Dat komt vooral doordat ik me op het werk verveel. Volgende keer toch maar weer liever een bouwproject, daar gebeurt tenminste wat.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten